A-B

ASSELBERGS, BACKX, BAKKER, DE BAKKER, BEEKMAN, VAN DEN BERG, BRACCO GARTNER, BREENS EN BUIJS

Alle data te Bergen op Zoom tenzij anders vermeld.

 

 

ASSELBERGS                                                                                  

KATHOLIEK

 

De familie Asselbergs is bepaald geen schippersfamilie. De reden om hier toch over hen te schrijven ligt in het feit dat in het midden van de negentiende eeuw de gebroeders A. & A. Asselbergs een schip exploiteren. De gegevens zijn beschikbaar gesteld door Gijs Asselbergs.

Arnoldus Asselbergs (1811-1880) begonnen als koopman in aardewerk, kramerijen en handelaar in lompen groeide uit tot een ondernemer pur sang. Samen met lompenhandelaar Adrianus van der Hoeven begon hij in 1840 een smederij, in 1847 uitgebreid met een ijzergieterij. Samen met zijn broer Antonius richtten hij en Van der Hoeven in 1852 een Kunstwolfabriek op. Kunstwol werd gemaakt van lompen, hergebruik dus. Van der Hoeven haakte af en de gebroeders Asselbergs gingen samen verder. Voor de aanvoer van lompen werd in 1854 een schip aangeschaft. Het in Groningen gebouwde tjalkschip De Onrust was 12.44 meter lang en 3.42 meter breed. Het mat 73 ton (?). Het werd overgenomen van Jan de Man uit Amsterdam.[1]

De gebroeders Asselbergs lieten het schip bevaren door een zetschipper. Schipper Antonius Rijken, geboren in Dussen, was getrouwd met de uit Bergen op Zoom afkomstige Arnoldina van Egeraat. Lang is Rijken niet in dienst geweest want hij overleed in 1856. Hij werd opgevolgd door Jan de Keijzer. Deze komt in 1859 in moeilijkheden op het Hollands Diep en werd met schade door de stoomboot Vlissingen in Willemstad binnengebracht.[2] Op 27 april 1868 werd het schip De Onrust door Arnoldus verkocht aan Jacobus de Looij, een schipper uit Roosendaal.[3]

Arnoldus Asselbergs laat in 1873 en 1874 de herenhuizen bouwen aan de zuidzijde van de Stationsstraat. Het middelste en grootste huis was voor hem zelf en de panden links en rechts voor zijn kinderen. Voor meer informatie over de ondernemingen waar Arnoldus Asselbergs bij betrokken was is te vinden op www.genealogieonline.nl

 

[1] WBA, NA BoZ, inv.nr. 1363, aktenr. 1638, notaris J.F. van Gogh, 15-02-1854.

[2] Algemeen Handelsblad 10-02-1859.

[3] WBA. NA B0Z, inv.nr. 1377, aktenr. 3620, notaris J.F. van Gogh, 27-04-1868.

 

BACKX                                                                                              

KATHOLIEK

 

Thomas Backx (ook Baks) uit Oosterhout was in 1807 gehuwd met de uit Bergen op Zoom afkomstige Johanna Mannie, dochter van Johannes Mannie en Johanna Maria Jansens. In 1824 bezat hij een boeier waarmee hij in de Brede Beurt voer[1] en in 1831 eigenaar van een boot van 7½ ton.[2] Uit dit huwelijk (o.a.?):

 

Cornelis Backx (1812-1886), huwde 1839 met Dina Piré (1811-1897) dr. van potmakersknecht Ludovicus Piré en Catharina de Kort. BS 1839 schipper. In 1840, 1860/80 en 1880/00 schipper.[3] Uit hen bekend 3 dochters en een zoon. Dochter Johanna Maria (1841-1885) huwde schipper Johannes Geers.[4] Dochter Louisa Maria (1843-1920) huwde schipper Philippus F.C.Buijs.[5] Zoon Thomas Bakx (1845-1926) wordt voerman is hiermee oprichter van Transportbedijf Bakx dat tot 1989 heeft bestaan.

[1] SSS 1824

[2] BST 1831

[3] VT 1840, BR 1860/80 en BR 1880/00

[4] Zie GEERS sub I.

[5] Zie BUIJS sub II.

 

 

BAKKER                                                                                                  

ISRAEL.

 

Hartog Bakker (Amersfoort 1864 - Medemblik 1958) zoon van Lion Bakker en Derkje Salomon van der Horst, huwde Vilvoorde (B) 1890 met Eugenia Geiregat (Bassevelde (B) 1868 - Terneuzen 1951) [RK], dochter van Bernardus Geiregat en Melanie Dierickx.

Hartog woonde vanaf zijn geboorte tot 1875 te Amersfoort, daarna een paar maanden in Hoogeveen. In 1884 is Hartog te Amsterdam voddenkopersknecht. In Bergen op Zoom staat hij bekend als koopman. Hartog Bakker is rond 1906 eigenaar van een houten staatsietjalk van 127 ton, het schip heet naar de jongste dochter Judith.

Uit het echtpaar Bakker-Geiregat 9 kinderen. Het eerste kind werd in 1888 geboren in Bassevelde (B). Van 1892 tot 1898 kwamen er vier jongens ter wereld in Vilvoorde (B). Vanaf september 1898 woonde het gezin Bakker in Bergen op Zoom in de Havenstraat D 88. De jongste kinderen werden vanaf 1899 geboren te Bergen op Zoom. Alle kinderen zijn Rooms Katholiek. Het gezin Bakker vertrekt in 1910 uit Bergen op Zoom. Er zijn dan nog 7 kinderen in leven.

 

DE BAKKER                                                                                    

KATHOLIEK

 

Boudewijn de Bakker (Boschkapelle 1828-1892) zoon van Joos de Bakker en Cornelia Dallaert huwde Boschkapelle 1857 met Elizabeth Weijt (1830- Roosendaal 1886) dochter van schipper Johannes Weijt[1] en Johanna Catharina Proost. Boudewijn laat zich in 1869 in Bergen op Zoom inschrijven en woont dan Dubbelstraat 6. In 1871/72 eigenaar van De Vrouw Elisabeth een tjalk van 54 ton.[2] Het gezin woont dan aan boord. De zeven kinderen vertrekken voor 1900 naar Boom (B.).

[1] Zie WEIJT sub I a.

[2] PB 1871/72

 

 

BEEKMAN                                                                                    

HERVORMD

 

Wilhelmus Egbertus Beekman (1864-Bruinisse 1935) zoon van Egbertus Wilhelmus Beekman en Geertruida Agatha Schot huwde 1889 met Geertruida Anna Schot (1868-Bruinisse 1955) dr.v. schipper Jacob Gerrit Schot[1] en Maria Jozina de Haas. Wilhelmus was eerst onderofficier. In 1880/00 schipper en lid visserijpolitie.[2] Uit het huwelijk Beekman-Schot 6 dochters.

[1] Zie SCHOT 3 sub II c.

[2] BR 1880/00

 

  

VAN DEN BERG                                                                            

HERVORMD

 

De familie Van Den Berg behoort tot die families die al voor 1747 in de stad woonden. De naam komt men echter niet tegen in de schippers- en vissersgilderegisters van de achttiende eeuw. De eerste die met het schippersvak kennismaakt, is

 

I. Pieter van den Berg (1811-1863) zoon van de naaister Anna Wilhelmina van den Berg. Pieter huwde in 1834 als schippers-knecht met Dirkje Nederveen (1809-1876), dochter van de ventjager Jacob Nederveen[1] en Joanna de Keijzer. Pieter is waarschijnlijk zijn hele werkzame leven schippersknecht gebleven. Slechts eenmaal in 1850/60 staat hij als schipper geno-teerd.[2] Uit het huwelijk van den Berg-Nederveen zeker negen kinderen. Drie zoons volgen in het schippersvak. Dochter Jo-hanna Jacoba (1836-1902) huwde visser Willem van Dort (1836-1892) zoon van Adrianus van Dort en Anna Maria Sio. Zoon Jacob Willem volgt II a, Johannes Pieter volgt II b en Dirk volgt II c.

 

II a. Jacob Willem van den Berg (1847-Vlissingen 1912) trouwde in 1864 als schippersknecht met Anna Maria Kornelia van Tongeren [Kath.] (Goes 1842-Vlissingen 1892) dochter van de Bergse schipper Laurens van Tongeren[3] en Anna Maria Sophia Jongen. Vertrekken 1868 naar Vlissingen.

 

II b. Johannes Pieter van den Berg (1847-….) schippersknecht huwde Sint Maartensdijk 1871 Isabella (ook Elizabeth) Geene (St.Maartensdijk 1848-1879) dochter van Huibrecht Geene en Seijtje Catshoek. Hij vertrok 1882 met zijn kinderen   naar Terneuzen.

 

II c. Dirk van den Berg (1851- Papendrecht….) trouwde 1877 met zijn nicht Paulina Maria van der Kuijl (1850-….) dochter van de Bergse schipper Engel van der Kuijl[4] en Anna Nederveen. Dirk was eigenaar de Paulina Maria, een houten tjalk, gebouwd te Sappemeer 1882, 150 ton groot. In 1904 laat Dirk de Ambulant ,een sleepschip van 921 ton, bouwen op de werf van de Gebr. Bodewes te Martenshoek. Later is hij eigenaar van een groot Rijnsleepschip Nederland, gebouwd Hoogezand 1908, 1591 ton groot. Uit het huwelijk Van Den Berg-Van Der Kuijl twee zoons en een dochter. Het gezin liet zich in 1890 overschrijven naar Dordrecht. Zoon Engel volgt III a.

 

III a. Engel van den Berg (Roosendaal 1879-….) volgde zijn vader op als schipper van de Nederland. Door omstan-digheden was hij gedwongen dit schip te verlaten.[5] Zijn vader heeft hem daarna opnieuw aan een schip geholpen,     ditmaal een van ongeveer 500 ton. Ter hoogte van Orsoy (D) is Engel op de Rijn overboord gevallen en verdronken. Zijn stoffelijk overschot is nooit gevonden.

[1] Zie NEDERVEEN

[2] BR 1850/60

[3] Zie VAN TONGEREN

[4] Zie VAN DER KUIJL 4 sub II.

[5] Mijn informant maakte een “drinkgebaar” om aan te geven waarom Engel zijn schip was kwijtgeraakt.

 

 

BRACCO GARTNER

 

De familie Bracco komt al in de zeventiende eeuw voor in Bergen op Zoom. Het zijn kooplieden en magistraten. De huidige familie Bracco Gartner stamt via vrouwelijke lijn uit de familie Bracco. [1]  Hoogstwaarschijnlijk heeft maar één lid van deze familie het tot schipper gebracht.

 

J. Bracco Gartner uit Bergen op Zoom komt als schipper voor in het Rijnschepenregister van 1926. Het gaat hier om Johannes Ferdinandus Bracco Gartner (1887-Rotterdam 1965), schipper, zoon van gep. sergeant, later opzichter Josephus Johannes Bracco Gartner en Berbera Sophia van Kolk. Hij huwde 1e met Lina Hartmann (Simmern of Zimmern [D.]) en 2e met Margaretha Hendrika Kamphuis. Uit het 1e huwelijk bekend 1 dr. Ruth (Bonn 1915).

Hij vaart als zetschipper voor de Nederlandsche Transport Maatschappij te Rotterdam op het sleepschip Bach. Dit bijna 1500 ton grote sleepschip werd in 1909 gebouwd op de werf van Van Duijvendijk te Lekkerkerk,

In november 1923 komt Bracco Gartner voor het eerst voor met sleepschip Bach in de Lobith-passages. [2] In 1934 vaart hij nog op het sleepschip Bach en zijn adres is dan a/b Bach, p/a S.H.V. Westerkade te Rotterdam. [3] Ook in 1942 is hij nog schipper. [4]

 

[1] Taxandria, volume 7 (1900) geraadpleegd via books.googl aug. 2023.

[2]Voorwaarts 16-11-1923

[3] Bev. Reg. Rotterdam

[4] Nederlandsche Staatscourant 25-04-1942. Echtscheiding tussen schipper J.F. Bracco Gartner en L. Hartmann.

 

BREENS     (ook BREINS)                                                            

KATHOLIEK

 

I. Henricus Breens (Santvliet [B]….-1884) zoon van Joannes Franciscus Breens en Joanna Catharina Plompen huwde Woensdrecht 1824 met Johanna Smits dr.v. Jacobus Smits en Joanna Willemen. Henricus was omstreeks 1871/73 eigenaar van een 25 ton grote boeier De Vrouw Johanna.[1] Hij woonde met zijn vrouw aan boord van zijn schip. Hun zoon Adriaan volgt II.

II. Adriaan Breins (Woensdrecht 1837-Breda 1922) trouwde 1875 met Petronella van Egeraat (1846-Amsterdam 1929) dochter van de voerman Laurens van Egeraat en Dingena van den Boom. Rijnpatent 11-03-1878 tot Keulen. Adriaan was eigenaar van De Vrouw Petronella een houten tjalk van circa 100 ton gebouwd in Groningen 1873. Hij voer ermee in een vaste beurt. In 1900-1920 beroep herbergier.[2] Gezin vertrekt 1906 naar ’s Princenhage.

[1] PB 1871/73

[2] BR 1900/20

 

  

BUIJS                                                                                               

KATHOLIEK

 

I.Christaan Cornelis Buijs (1804-1873) zoon van Fredericus Antonius Buijs[1] en Anna Catharina Proost is winkelier en schipper. Uit zijn eerste huwelijk met Gertrudis van der Brandt heeft hij twee dochters. Hij hertrouwde 1845 met Jacoba Verdult (1826-1901) dochter van Philippus Verdult en Johanna Rosa Verdult, hoveniers. Bij haar kreeg hij nog elf kinderen. In 1845 voer hij in de zogenaamde Brede Beurt en had P. Schot als knecht.[2] Christiaan is rond 1872/73 eigenaar van de boeier De Vrouw Jacoba, groot 15 ton.[3] De familie dreef een slijterij in de Rijkebuurtstraat 119. Zoon Philippus Fredericus volgt II.

 

II. Philippus Fredericus Christianus Buijs (1846-….) was schipper en werd later havenmeester. Hij trouwde 1873 met Louisa Maria Backx (1844-1920) dochter van schipper & tapper Cornelis Backx[4] en Dina Piré. (zie ook bij Johannes Geers) Zij woonden in het Spuihuis. Met zijn boeierschuit Louisa Maria van 24 ton voer hij omstreeks 1890/92 in een vaste beurt.[5]

 

[1] Geboren Antwerpen 1762, beroep VT 1812 schilder en herbergier.

[2] SVS 1845

[3] PB 1872/73

[4] Zie BACKX sub II.

[5] PB 1890/92

 

VERVOLG KLIK FAMILIENAMEN C - D

1 TERUG NAAR GENEALOGIEËN 3